
Column: STAP Budget alleen voor arbeidsmarktrelevante opleidingen?
Regelmatig lees je in de media dat opleidingsinstituten gebruik maken van het STAP Budget (een budget van EUR 1.000,= die je van de overheid kan krijgen om je positie op de arbeidsmarkt te verbeteren) om mensen tegen te hoge kosten opleidingen te verkopen die niet erg relevant zijn voor de arbeidsmarkt positie. Dat doet de vraag rijzen in hoeverre deze onderwijsinstellingen Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). Want natuurlijk kan een onderwijsinstelling MVO in alle vormen van de bedrijfsvoering in acht nemen. Maar als de core business, onderwijs, niet maatschappelijk relevant is, is er dan überhaupt bestaansrecht voor deze instellingen?
Het dilemma dat hier speelt, staat enerzijds in relatie tot de keuzevrijheid van leerlingen om de opleiding vanuit hun passie te volgen, anderzijds tot de arbeidsmarktrelevantie van deze opleiding. Een dilemma dat zich in een periode van hoogconjunctuur niet voordoet, omdat dan iedereen welkom is op de arbeidsmarkt en er minder druk staat op de maatschappelijke financiering van het onderwijs.
Niet alleen in het beroepsonderwijs speelt dit dilemma. In loopbaanadvies en loopbaanbegeleiding gaan nog steeds enorme bedragen om. Vaak ook in het kader van MVO. Medewerkers die overtollig zijn, krijgen vanwege een ontslagregeling vaak loopbaanbegeleiding aangeboden. Loopbaanbegeleiders werken vervolgens graag vanuit de passie en de wensen van de medewerker die zij als hun cliënt zien. Het is in de relatie ook prettig om op deze manier samen te werken, samen te streven naar een nieuw levensdoel voor de cliënt. Maar hoe realistisch is dit doel qua arbeidsmarktmogelijkheden? Moet een loopbaanbegeleider rekening houden met het spanningsveld tussen wensen en mogelijkheden op de arbeidsmarkt en daarbij de cliënt illusies ontnemen in het vinden van een nieuw levensdoel?
De onderliggende vraag is natuurlijk of er alleen maar arbeidsmarktrelevante opleidingen en diensten aangeboden mogen worden, of dat er ruimte moet zijn voor allerhande buitenissigheden. Onderzoek toont tenslotte aan dat ruim 60% van alle werknemers een andere studierichting heeft gevolgd dan de richting waarin zij uiteindelijk werkzaam zijn. Schijnbaar zijn mensen goed in staat om op een bepaald punt in de loopbaan een switch te maken naar een arbeidsmarktrelevant beroep en zich hierin verder te ontwikkelen.
Dit zou pleiten voor het toekennen van het STAP Budget ook voor opleidingen die niet direct arbeidsmarktrelevant zijn, maar waarin mensen wel het plezier in leren (terug)krijgen om zodoende later via het concept van ‘#eenlevenlangleren’, alsnog een juiste positie op de arbeidsmarkt te verkrijgen.
Alles wat je met plezier leert, vergeet je nooit!
Kees Warmerdam, Penningmeester